Lossen ketting
Met een losse steek begint alles. Soms begin je met een lossenketting (als we heen en weer haken of als je met een ronde moet beginnen die uit veel steken bestaat en weer afsluit met een halve vaste).
- Plaats je draad over je haaknaald zoals in de afbeelding aangegeven. De draad aan de bovenkant is waar je bol bevindt.
- Trek de draad met je haaknaald aan door de lus. (Zie beweging van de pijl in 1)
- Haal opnieuw de draad op en trek deze door de lus die zich op je haaknaald bevindt.
- Herhaal dit totdat je het aantal lossen zoals aangegeven in het patroon hebt bereikt.
De eerste lus, in haaktermen de opzetlus, telt niet mee voor het aantal lossen ip: Tel je aantal steken na, voordat je doorgaat Het is nu nog makkelijk om er een uit te halen of toe te voegen.
Er blijft altijd één lus aan de haaknaald
Als je de lossen wilt natellen herken je 1 losse aan de v-vorm. Je telt het aantal v’tjes.